Ga naar de inhoud

Kleermakerij van Wijk

In oktober verscheen een artikel op deze website over Jacob Olie en het Scheve Huis. Dat huis stond rechts naast Sophia’s hoeve (nu Wintershoven), in de buurt van de Urbanuskerk. In een reactie op dit artikel werd gewezen op het feit dat op de plek van het Scheve Huis later een kleermakerij, ofwel maatatelier gevestigd was (zie foto hierboven). De reactie werd ingezonden door niemand minder dan Winfried van Wijk, zoon van de toenmalige eigenaar Cor van Wijk. Dat werd een goede aanleiding om eens met Winfried te gaan praten en om op zoek te gaan naar het verhaal achter het atelier. Bij een van de gesprekken sloot Truus Meijer aan, die zich ook nog veel van het atelier herinnerde. 

De vroege geschiedenis

Cor van Wijk was niet de enige kleermaker in de familie. Winfried’s opa Blom (van moeders kant) was ook al kleermaker. Hij was coupeur in de bekende Amsterdamse zaak Nieuw Engeland, op een grote damesmaatafdeling. Hier kwamen de wat sjiekere dames. Hij heeft een schetsboek nagelaten met voorbeelden van maatkleding voor dames. En Winfried zelf heeft na afronding van zijn opleiding in Duitsland vanaf 1972 ook als kleermaker in het bedrijf van zijn vader in Duivendrecht gewerkt. 

Tekeningen in het schetsboek van opa Blom. Deze tekeningen werden gebruikt om klanten te laten kiezen uit bepaalde stijlen… let op de jaren-20 stijl! 

Winfried’s vader is geboren op de Duivendrechtse kade, vlakbij waar later de Cinetone studio’s zouden komen. Opa van Wijk was machinist bij een asfaltfabriek aldaar en hij woonde in een huis verbonden aan de fabriek. Winfried’s vader had voor en tijdens de oorlog bij verschillende bedrijven gewerkt, als kleermaker en in de confectie. Na de oorlog is hij als zelfstandige een maatatelier begonnen.

Maatkleding

Veel confectiezaken verkochten na de oorlog ook maatkleding, maar hadden eigenlijk geen tijd of kennis meer om maatkostuums te maken. Daar is Cor van Wijjk op ingesprongen. De confectiewinkels verkochten een maatkostuum, maar de maten en de stof werden naar het atelier van Van Wijk opgestuurd. Op het atelier werd dan een patroon gemaakt, een kostuum gesneden en zo een maatkostuum gemaakt. Daar zat veel handwerk aan. Een maatcolbert had nog een binnenwerk van haardoek, over de borst versterkt met een plastron van paardenhaar. De voering werd met de hand ingenaaid, kanten met de hand doorgeput, knoopsgaten met de hand gemaakt en de knopen werden met de hand aangezet. Zo’n pak moest dan ook jaren meegaan en was eigenlijk, ver voor zijn tijd, heel erg duurzaam.

In de jaren-50 was er weer een internationale dreiging n.l. de Korea-oorlog (1950-1953). Uit angst voor een derde wereldoorlog, begonnen mensen te hamsteren waaronder ook kostuums.  Dat was een les van de afgelopen tweede wereldoorlog. Vader van Wijk kreeg het daardoor in die jaren erg druk. Iedereen wilde een pak laten maken. Er moesten dus veel mensen aangenomen worden. Enkele jaren later toen de Korea oorlog afgelopen was en de vraag terugliep, moesten velen van hen echter weer ontslagen worden. 

Naar Duivendrecht

Indertijd zat het kledingatelier van Van Wijk in Amsterdam, in de voormalige Koninklijke Nederlandse Beijersche Brouwerij, een groot, oud gebouw. Het bevond zich op een terrein tussen de Weesperzijde en de Wibautstraat (bij de Burmanstraat). Er werkten daar 20-24 kleermakers en coupeuses.

Een dramatische gebeurtenis in 1963 was er de oorzaak van dat het maatatelier moest uitkijken naar een andere locatie en dus in Duivendrecht terechtkwam. Het pand is namelijk na een grote brand in dat jaar verloren gegaan. 

Foto: De brand in de nacht van 9 op 10 april 1963. 

Na de brand moest uitgekeken worden naar wat anders. Dat het Duivendrecht werd was niet helemaal toevallig, want het was al geruime tijd de woonplaats van de familie Van Wijk; zij woonden op Rijksstraatweg 211. 

Overleg met de gemeente Ouder-Amstel leidde ertoe dat ze de beschikking kregen over een ruimte aan de Rijksstraatweg, schuin tegenover hun woonhuis, waar vroeger dus het Scheve Huis stond. Zodoende kon medio oktober 1963 een geheel nieuw ‘pre-fab’ gebouw (100 vierkante meter) worden betrokken, compleet met een modern atelier en een kleine showroom annex kantoor. Het plan was om er maximaal tien jaar te zitten, het werden er vijftien: van 1963 tot 1978. 

In die tijd werkte het atelier vooral voor kleermakers en kledingbedrijven door het hele land. Maar ook werden er uniformen gemaakt  voor b.v. luchtvaartmaatschappijen, zoals JAL, EL-AL en Sabena. Ze waren voor het grondpersoneel op Schiphol en daar werd dan ook door Cor van Wijk de maat opgenomen. 

In het atelier werkten de kleermakers de hele dag meestal staand aan een wat hogere tafel. Zo kregen ze geen last van hun rug. De tafels waren overigens op maat gemaakt door de Duivendrechtse timmerman Piet Beukeboom. 

Uitnodiging voor de opening van de nieuwe bedrijfsruimte in Duivendrecht, toen nog volgens oude nummering, gevestigd op Rijksstraatweg no. 98. Let ook op het logo, met de ‘kroon’ van WMW: van Wijk Maat Werk! 

Van maatatelier naar herenmodezaak

Toen Winfried in 1972 terugkwam van zijn opleiding in Duitsland waren de tijden sterk veranderd. Men kleedde zich steeds losser en het kostuum was niet meer onmisbaar. De lonen stegen en handwerk werd daardoor erg duur. Het atelier kreeg steeds meer concurrentie van de maatconfectie. Het werd de strijd tussen het ambacht en de efficiëntie. Naast het maatatelier had Winfried daarom vanaf 1978 op het Sluisplein in Ouderkerk een herenmodewinkel. Dat werd toen de hoofdzaak van het bedrijf, maar nog altijd met maatkleding als extra specialiteit. In 2008 is Winfried met pensioen gegaan en kwam er een einde aan de zaak.

Herinneringen van medewerkster Truus Meijer 

Truus heeft na de brand samen met de heer van Wijk bij een bedrijf in Gouda nieuwe machines ingekocht. Er werden 3 naaimachines, een zigzagmachine en een pikeermachine gekocht. Truus heeft toen ook haar eigen naaimachine gekocht, die ze nog steeds heeft.  Toen Truus begon moest ze tot vervelens toe mouwen stikken. Later kwamen daar gelukkig andere naaimachine werkzaamheden bij.  Knoopsgaten werden met de hand gemaakt, een secuur werkje. Per knoopsgat waren de naaisters zo’n 10 minuten bezig.  De machinestiksters werkten zittend aan de naaimachine, de handwerksters werkten met het naaiwerk op hun schoot, waarbij het werk wat omhoogkwam omdat hun voeten rustten op een voetenbankje.  De werktijden in het atelier waren van 8 tot 5 op werkdagen en van 8-12 op zaterdag. Iedereen nam boterhammen mee voor de lunch en er werd in een piepklein keukentje koffie en thee gezet.  Truus herinnert zich een ‘bedrijfsuitje’, naar een operette in de Kleine Komedie, waarschijnlijk t.g.v. een jubileum. Af en toe was er ook een feestje, in het tegenovergelegen café Wiegmans, nu Lotgenoten.  In totaal heeft Truus 22 jaar bij van Wijk gewerkt.

Een foto van een deel van het interieur van het atelier in Duivendrecht, met links de naaisters Cisca Tetteroo, Annelies van den Berg en Truus Meijer. Rechts Tini en Eek Roos en Neely van den Berg. De kleermakers zijn Berndsen, Goedhart en Van Daalen (alleen de achternaam… zo waren ze ook bekend). 
De ontvangstruimte. 

Tot slot…

In 1963, na de opening van het nieuwe atelier, werd Cor van Wijk geïnterviewd door een vaktijdschrift. Aan het eind van het interview stelde Van Wijk vast dat “voor een modern ingestelde, vakbekwame kleermaker een goede toekomst is weggelegd… mits hij uitbreekt uit zijn historisch gegroeide opvattingen en aanpassing vindt aan de verlangens van het huidige tijdsgewricht.” Het tijdschrift besluit met de volgende vermelding. “Dat onze 50-jarige gesprekspartner -vader van zes kinderen– gelóóft in wat hij zegt, kan worden geïllustreerd met deze simpele mededeling: zijn enige zoon is voorbestemd voor het vak en is al aan zijn opleiding begonnen.” 

En zo zijn we weer aangekomen bij Winfried, die ik heel hartelijk wil bedanken voor het leuke gesprek, waarbij ik Truus niet wil vergeten. Hierdoor kan er weer een nieuw verhaal toegevoegd worden aan de veelzijdige geschiedenis van Duivendrecht! 

Bas Smeulders

Foto brand: ANEFO, Stadsarchief Amsterdam. 

3 gedachten over “Kleermakerij van Wijk”

  1. Ik kan het mij nog zo goed herinneren,
    dat gebouwtje in het struikgewas,
    wat leuk om erover te lezen.

  2. Geachte redactie,

    Wat een geweldig mooi informatief verhaal over maatkledingatelier C. van Wijk.

    Wim Welling

  3. Wij wonen naast de plek waar het atelier ooit stond. Het was al afgebroken toen wij in 1989 in Duivendrecht kwamen wonen, maar vele oud-Duivendrechters wisten ons te melden dat er op een toen nog onbestemd landje naast ons huis een naaiatelier gestaan had. Wij kennen er 1 foto van; van de buitenkant. Dit is dus een hele leuke aanvulling op de schaarse informatie die wij hadden. Dank, Bas Smeulders, dat je er zo’n leuk artikel aan gewijd hebt!

Reacties zijn gesloten.